De kleurtemperatuur van straatverlichting – uitgedrukt in Kelvin (K) – bepaalt de kleur van het licht en heeft grote invloed op hoe wij de openbare ruimte ervaren. Warm wit licht (2700K–3000K) zorgt voor een rustige, sfeervolle uitstraling in woonwijken, terwijl neutraal tot koel wit licht (4000K–5000K) beter geschikt is voor doorgaande wegen en snelwegen. Dit vanwege de hogere zichtbaarheid en veiligheid. In dit artikel leggen wij uit wat kleurtemperatuur precies is, hoe het onze waarneming en het welzijn beïnvloedt, en waarom het zo’n belangrijke rol speelt in het ontwerp van openbare verlichting.
Kleurtemperatuur geeft aan hoe ‘warm’ of ‘koud’ het licht aanvoelt. Hoe hoger de Kelvin-waarde, hoe koeler en blauwer het licht. Een lagere waarde geeft juist een warmere, gelige tint. Deze eigenschap bepaalt niet alleen de sfeer van een ruimte of straat, maar ook de mate van zichtbaarheid en veiligheid voor weggebruikers.
Lichtkleur beïnvloedt zowel het visueel comfort als de manier waarop wij kleuren waarnemen. Te fel of te koel licht kan leiden tot verblinding. Licht met een hoge kleurweergave-index (CRI) zorgt ervoor dat we meer kleurdetails zien, wat essentieel is voor veiligheid en oriëntatie. Regionale voorkeuren verschillen: in Scandinavië kiest men vaker voor warm licht, terwijl in warmere landen juist koel licht de voorkeur heeft. In Nederland is 4000K gangbaar, maar steeds meer gemeenten kiezen bewust voor lagere kleurtemperaturen om lichtvervuiling en ecologische impact te beperken.
Goede verlichting ondersteunt veilige mobiliteit, verhoogt het gevoel van veiligheid en draagt bij aan een prettige leefomgeving. Daarom is het belangrijk dat ontwerpers van openbare verlichting rekening houden met zowel technische normen als menselijke beleving.
U kunt vrijblijvend een offerte of advies aanvragen.
Wij staan altijd voor u klaar.
